zondag 1 juli 2018

Hoe kun je een growth mindset ontwikkelen


Nog lang niet alles is duidelijk over hoe we leerlingen kunnen helpen een growth mindset te hebben. Vaak wordt alleen het korte termijn-effect gemeten. Hoe meer onderzoek beschikbaar komt, hoe beter we weten hoe we een growth mindset kunnen stimuleren.

Voor nu lijken de volgende suggesties de meest krachtige:

1. Inzet complimenteren

Door inzet en het proces (hoe ze hebben gewerkt) te complimenteren worden leerlingen meer intrinsiek gemotiveerd. Uit onderzoek blijkt zelfs een effect hiervan op lange termijn.

Dr. Carol Dweck, die daar veel onderzoek naar heeft gedaan, zegt dat het goed is om te beginnen met informatie over het brein en hoe het brein zich ontwikkelt. Ze waarschuwt ook dat complimenten die betrekking hebben hoe slim of goed een leerling is, schadelijk kunnen zijn. Ze kunnen een fixed mindset stimuleren.

 Een serie onderzoeken onder jonge kinderen liet zien dat complimenten over hun intelligentie er toe kunnen leiden dat ze sneller opgeven nadat ze een fout hebben gemaakt, ze minder lol hebben in wat ze doen en dat ze denken dat alleen leerlingen die minder slim zijn zich hoeven in te spannen voor leren.

2. Leren of concurreren

Veertig jaar geleden is er onderzoek gedaan naar hoe leerlingen naar toetsen kijken. Sommige leerlingen zagen het als een kans om te meten hoeveel ze geleerd hadden. Deze leerlingen zijn taak-georiënteerd. Anderen zagen het als een middel om zich met klasgenoten te kunnen vergelijken. Dit noemen we ego-georiënteerd. Dit inspireerde Dweck tot het doen van onderzoeken. Taak-georiënteerd wordt geassocieerd met meer motivatie, vertrouwen, zelfregulering, academisch niveau, minder faalangst. Het lijkt logisch om een mindset te stimuleren die is gericht op leren, ontwikkelen, verbeteren en niet op beter willen zijn dan anderen.

3.Metacognitieve strategieën

In een interview zei Dweck dat leerlingen vragen om door te zetten niet genoeg is om een growth mindset te stimuleren. Je kunt bijvoorbeeld metacognitieve vragen stellen, zoals ‘wat zou je anders kunnen doen?’. Dit helpt voorkomen dat leerlingen doorzetten en daarbij dezelfde fouten blijven maken.

4.Om feedback vragen

Mensen met een growth mindset vragen om feedback en hechten meer waarde aan feedback dan mensen met een fixed mindset. Voor mensen met een growth mindset zijn nieuwe ervaringen een kans om nieuwe dingen te leren, zichzelf te ontwikkelen en uit te dagen. Terwijl mensen met een fixed mindset  nieuwe dingen zien als een test om hun capaciteiten te toetsen.
Feedback geven is goed, maar stimuleer vooral dat leerlingen om feedback vragen. Daardoor zullen ze het in de toekomst vaker vragen en dat heeft een positief effect op leren. Of het nu feedback is op iets is wat goed ging of niet goed ging. 

5.Doorzettingsvermogen

De wil om door te zetten en tegenslagen te boven komen wordt vaak gezien als een belangrijke vaardigheid in het leven. Veel Olympisch kampioenen zijn echte doorzetters en benoemen het als een belangrijke succesfactor. Onderzoek toont aan dat mensen met een growth mindset langer doorzetten. In de Verenigde Staten komt onderzoek naar het effect van ‘grit’ (hiermee bedoelt men voor een langere periode doorzetten en vol passie gericht zijn op één doel) nog maar net van de grond, maar het wordt al gerelateerd aan succes op school, in hoger onderwijs, bij militaire training en aan succesvol zijn in het leven. Het is interessant om deze onderzoeken te blijven volgen.

6.Moeilijke taken kiezen

Voor mensen met een fixed mindset staat fouten maken gelijk aan minder slim zijn. Daardoor doen ze liever dingen die ze goed kunnen. Op de lange duur leidt dat tot slechter presteren. Iedereen maakt fouten, dat is onvermijdelijk. Door een leerling aan te moedigen om lastigere opdrachten te kiezen en het leren te verdiepen, stimuleer je een growth mindset. Een growth mindset kan helpen om meer moed te tonen en nieuwsgierig te zijn; een belangrijke eigenschap waarmee je veel kunt bereiken, meer dan alleen goede leerresultaten en uitblinken in sport.

7. Je eigen verwachtingen overtreffen

In een onderzoek werd deelnemers gevraagd om 4 kilometer zo hard te fietsen als ze konden. Daarna fietsten ze nog een keer, tegen een weergave van zichzelf met hun eerdere prestatie. Wat ze niet wisten was dat in die weergave hun eerdere prestatie nog wat opgevoerd was, dus sneller  dan ze werkelijk gereden hadden de eerste keer. Wat bleek? Deelnemers versloegen zichzelf in die tweede. De conclusie was dat mensen niet de beste voorspellers zijn van hun best mogelijke prestatie en dat ze hun eigen verwachtingen kunnen overstijgen.