https://www.leraar24.nl/leraar24-portlets/servlet/document?id=89e2522a-a6b9-41ba-8035-d7a57b3539d9.
Samenwerkend leren noemen we pas werkelijk samenwerkend
leren als aan vijf sleutelbegrippen is voldaan:
https://www.youtube.com/watch?v=r_8uzEA0oWo
https://www.youtube.com/watch?v=r_8uzEA0oWo
Positieve wederzijdse afhankelijkheid
|
Hiermee wordt bedoeld dat leerlingen elkaar echt nodig
moeten hebben. Succesvol afsluiten in je eentje moet onmogelijk zijn. Dat kan
door organisatie/verdelen van taken, bronnen of rollen. Dat laatste is een
krachtig middel, bijvoorbeeld door een schrijver, op-zoeker, materiaal-chef,
rekenaar enzovoorts aan te wijzen.
|
Individuele aanspreekbaarheid
|
Wanneer dit niet door leerlingen gevoeld wordt, doet
zich vaak 'liften' voor: Meedoen zonder medeverantwoordelijkheid of bijdrage,
er maar een beetje bijhangen. Taken en rollen voorkomen dit al enigszins,
maar het moet leerlingen ook duidelijk zijn dat individuele leerwinst vereist
is, bijvoorbeeld door een combinatie met individuele presentatie of toetsing.
Een sterk middel is als leerlingen er aan gewend zijn dat de docent altijd
willekeurig een groepslid aanwijst om te rapporteren.
|
Directe interactie
|
Daaronder wordt verstaan dat men met de neuzen tegen
elkaar zit. Dat betekent meestal schuiven met de tafeltjes, zo dat alle
leerlingen van de groep elkaar zonder moeite aan kunnen kijken. Drie op een
rij past daar niet bij.
|
Sociale vaardigheden
|
Aandacht voor sociale vaardigheden speelt een grote rol
bij samenwerkend leren. Uit onderzoek blijkt dat samenwerkend leren
effectiever verloopt wanneer leerlingen over sociale vaardigheden beschikken.
|
Reflecteren op inhoud, leerproces en groepsproces
|
Het is van belang om na afloop van de samenwerking, de groepsleden met elkaar bespreken hoe zij de samenwerking ervaren hebben. Wat ging er goed en wat zou er in de toekomst beter kunnen? De leerlingen zijn verantwoordelijk voor zowel het
eigen als het gezamenlijke leerproces en groepsproces. Samenwerkend leren ontstaat wanneer
leerlingen samenwerken om doelen te bereiken. En reflecteren maakt de
leerling bewust van het leerproces.
Wanneer de leerling reflecteert op sociale vaardigheden kan dit inzicht geven
in zijn of haar sterke en zwakke punten.
|
Drie
veelgebruikte samenwerkingsvormen die wel alle kenmerken van effectief
samenwerken in zich dragen, gemakkelijk te organiseren zijn en met enige
variatie docenten een breed repertoire geven zijn:
Check-in-duo’s
|
Deze samenwerkingsstructuur is vooral geschikt voor
opdrachten met eenduidige antwoorden, bijvoorbeeld bij huiswerk correctie. De
leerlingen vergelijken hun antwoorden, worden het eens en vergelijken
eventueel nogmaals met een duo voor of achter hen. De leerkracht bespreekt vervolgens
alleen die antwoorden die problemen opleveren.
|
Denken-delen-uitwisselen
|
Deze samenwerkingsstructuur is meer op begrijpen dan op
weten gericht, en ook geschikt als er meer dan één goed antwoord is. De
docent wil hardop denken faciliteren. De stappen zijn individueel –in
stiltedenken/noteren, hardop delen in tweetal, uitwisselen met de groep met
de docent als gespreksleider. Het is belangrijk de stappen zorgvuldig en elk afzonderlijk
vorm te geven, anders dreigt ongestructureerde samenwerking als wederzijdse
afhankelijkheid en individuele aanspreekbaarheid niet voelbaar zijn. Bij deze
twee vormen is regelmatig wisselende duo’s aan te bevelen.
|
Eenvoudige experts
|
Experts gaat over het verdelen van de inhoud of taken
in ongeveer gelijke delen, waarna de groepsleden verantwoordelijk zijn voor
hun deel, afzonderlijk van elkaar daaraan werken en vervolgens de opbrengst
binnen hun groep delen/overdragen. De wederzijdse afhankelijkheid en
individuele aanspreekbaarheid zijn het grootst als iedereen verondersteld
wordt alle (deel) inhouden na afloop te kennen/kunnen. Eenvoudige experts kan
de snelle simpele vorm hebben van alle vier in de groep ‘even’ een andere som
oefenen en elkaar vervolgens uitleggen, maar ook complexer zijn met
bijvoorbeeld verschillende taken in een grotere opdracht. De docent is dan
minder sturend en als procesbegeleider op de achtergrond aanwezig.
|