zondag 22 februari 2015

SQ3R methode

SQ3R is een methode waarmee je kunt leren om studerend te lezen. De afkorting staat voor: 
  • Survey (Skim), 
  • Question, 
  • Read, 
  • Recite en 
  • Review. 

In het Nederlands vertaald is het oriëntatiefase, vraagfase, leesfase, weergeeffase en herhaalfase. 



Survey
Bekijk globaal het artikel of hoofdstuk.
  • Bekijk de titel en de tussenkopjes, die geven de structuur van het artikel of hoofdstuk aan.
  • Bekijk de afbeeldingen, tabellen etc. en lees de bijschriften die er bij staan.
  • Lees de inleidende én de slotparagraaf.
  • Lees de samenvatting van het hoofdstuk of artikel (indien aanwezig).

Question
Stel vragen bij het artikel of hoofdstuk
  • Bedenk op basis van de titel en de tussenkopjes vragen.
  • Lees en beantwoord de vragen aan het eind van elk gedeelte (paragraaf of hoofdstuk).
  • Bedenk wat je al weet over het onderwerp.

Read
Lees actief
  • Stel jezelf continue vragen.
  • Zoek de antwoorden op de vragen in de tekst op.
  • Bekijk de afbeeldingen en de bijschriften nogmaals.
  • Alle woorden en zinnen die onderlijnd, gecursiveerd of in het vet zijn afgedrukt zijn belangrijk, besteed daar dus extra tijd aan.
  • Lees langzamer bij moeilijke passages uit de tekst en zorg dat je ze begrijpt. Desnoods door ze nogmaals te lezen.
  • Let op signaalwoorden waarmee de structuur en gedachtegang aangegeven wordt. Voorbeelden van signaalwoorden zijn: ten eerste, tot slot, vervolgens, dan, daarna, later.

Recite
Herhaal in je eigen woorden elk gedeelte wat je gelezen hebt.
  • Na elk gedeelte doe je het boek dicht en herhaal je wat je gelezen heb. Kun je alles nog navertellen?
  • Onderstreep, markeer of schrijf de belangrijke punten die je las op, dit kan ook in de vorm van een mindmap.
  • Gebruik een manier om de informatie te herhalen die het beste past bij jouw persoonlijke leerstijl. Denk eraan dat je beter onthoudt naarmate je meer zintuigen gebruikt.

Review
Blijf de informatie herhalen. Een dag na het lezen bekijk je alle aantekeningen en hetgeen je gemarkeerd of onderstreept hebt. Twee dagen na het lezen doe je hetzelfde en probeer je ook de vragen te beantwoorden die jezelf opgesteld hebt zonder naar de tekst of de aantekeningen te kijken. Maak eventueel flashcards van de moeilijke vragen.Gebruik geheugentechnieken voor leerstof die je uit het hoofd moet leren. 

De week erna gebruik je afwisselend jouw flashcards en aantekeningen en beantwoord telkens (mondeling of schriftelijk) de vragen die je voordien opstelde.
Maak een samenvatting waarin alles staat dat je moet onthouden en maak van deze samenvatting een schema of een mindmap. 

[ bron http://spitswww.uvt.nl/studyskills/lezen/index.html ]