Binnen één klas kunnen de niveaus van leerlingen behoorlijk uiteenlopen. Om daarmee rekening te houden, moet de leraar differentiëren. Elke leraar loopt dus vroeg of laat aan tegen de vraag hoe om te gaan met de verschillen tussen leerlingen in de klas. Docenten kunnen middels differentiëren rekening houden met verschillen in de klas. Differentiatie is de wijze waarop een leerkracht met deze verschillen tussen leerlingen omgaat. Het doel is om alle leerlingen een bepaald niveau te laten behalen door te variëren in zaken als instructiewijze, instructietijd, differentiëren op niveau, differentiëren op verwerking, tempodifferentiatie, interessedifferentiatie en differentiëren op de leeromgeving. En nog veel meer verschillende manieren. Differentiatie in het onderwijs is dus de wijze waarop de docent omgaat met de verschillen tussen leerlingen in de klas. We spreken pas van differentiatie als het omgaan met verschillen bewust en planmatig gebeurt. Differentiëren wordt op vele scholen gezien als een extra hulpmiddel om de motivatie bij leerlingen te verhogen en meer verdieping aan te brengen.
Voor de lezers hebben we een zestal basisstappen van differentiëren bij elkaar gezet:
- differentiëren op niveau,
- differentiëren op instructie,
- differentiëren op verwerking,
- tempodifferentiatie,
- interessedifferentiatie en
- differentiëren op leeromgeving.
Differentiëren op niveau |
Differentiëren op leerstof wordt ook wel differentiëren
op niveau genoemd. De docent brengt bij deze vorm van differentiëren gelaagdheid
aan in zijn/haar opdrachten. Hierbij kan het gaan om het niveau van de
instructie, maar ook op het niveau van verwerkingsopdrachten of formatieve toetsen.
|
Differentiëren op instructie |
Door te differentiëren op instructie hebben leerlingen
die extra uitleg nodig hebben, de kans om dit te krijgen. Leerlingen die de
leerstof al begrijpen en dus minder behoefte hebben aan uitleg, kunnen de
instructie overslaan en direct aan de slag gaan. |
Differentiëren op verwerking |
Voor een plusgroep is voor het differentiëren extra
verwerkingsmateriaal nodig. Veel methodes maken al onderscheid tussen
basisstof en extra verdieping. Kijk kritisch naar de lesmethode. Moeten alle
leerlingen precies hetzelfde maken? Zijn er misschien oefeningen die
achterwege gelaten kunnen worden voor de plusgroep. . |
Tempodifferentiatie |
Differentiëren op leertijd wordt ook wel
tempodifferentiatie genoemd. Het gaat erom dat leerlingen op hun eigen tempo
met de stof bezig kunnen zijn en dus de leertijd krijgen die zij nodig
hebben. |
Interessedifferentiatie |
Differentiëren op belangstelling wordt ook wel
differentiëren op interesse genoemd. Leerlingen kiezen bijvoorbeeld binnen
een opdracht een eigen onderwerp of hebben keuze uit enkele opdrachten. |
Differentiëren op leeromgeving |
Sommige leerlingen vinden het leuk om in groepen te
werken, anderen leerlingen werken liever alleen. Voor veel leerlingen kan het
werken in groepen met gelijkgestemde (in niveau, interesse) wel eens leuk
zijn. Deze manier van differentiëren is gefundeerd op basis van groepen. |
Meer lezen over differentiëren? Zoek dan de professor Carol Ann Tomlinson op. Zij is op het gebied van differentiëren een vaak geciteerde auteur. Whenever a teacher reaches out to an individual or a small group to vary his or her teaching in order to create the best learning experiences possible, that teacher is differentiating instruction (Carol Ann Tomlinson, 2000). Carol Ann Tomlinson is een Amerikaanse pedagoge en auteur. Ze staat bekend om haar werk met gedifferentieerde instructie, een middel om tegemoet te komen aan de individuele behoeften van studenten in het onderwijs.