Hieronder staan zes tips om minder zelf te doen en meer te coachen. De tips zijn geschreven voor de situatie waarin je als onderwijsgevende een meer coachende rol wilt aannemen. Lees je dit als schoolleider, dan gelden dezelfde tips maar lees je ‘team’ en ‘medewerker’ waar ‘klas’ en ‘leerling’ staat.
1 - Deel je verwachtingen
Vertel je klas hoe jij de gang van zaken voor je ziet als alles loopt zoals jij wilt dat het loopt. Schets een plaatje van de toekomst. Wat verwacht je van hen? Welk gedrag, welke activiteiten en welke resultaten heb je voor ogen? Kortom: beschrijf hoe het leven er uit ziet als jij minder doet en meer coacht. En vertel het verhaal van je toekomstverwachtingen regelmatig opnieuw. Aan de hele klas tegelijk of in een-op-een gesprekken met individuele leerlingen.
2 - Zorg voor duidelijke doelen
Dit helpt om tot resultaat te komen. En daarbij: doelen motiveren! Maar alleen als het doelen zijn die iemand leuk of belangrijk vindt om te behalen. Wil je serieus werk maken van de motivatie van je leerlingen, geef hen dan de gelegenheid eigen doelen te stellen.
3 - Maak samen een routekaart
Een routekaart is in dit geval een plan waarin de belangrijkste stappen worden beschreven die nodig zijn om het doel te bereiken. De routekaart beschrijft bovendien welke rollen en opdrachten de leerlingen op weg naar het einddoel zullen tegenkomen. Dergelijke routekaarten zorgen ervoor dat leerlingen niet in het duister tasten over wat ze moeten doen om hun doel te bereiken. Zo kunnen zij met meer plezier en minder frustratie aan de slag.
4 - Luister meer en praat minder
Wees een klankbord – geen ‘goede-antwoorden-machine’. Als leerlingen naar je toekomen om problemen te bespreken maar zij er met moeite een woord tussen kunnen krijgen omdat jij al met de oplossing komt, dan ben je aan het ‘doen’ in plaats van aan het coachen. En mis je de kans om je leerlingen te coachen in het zelfstandig oplossen van problemen.
5 - Geef constructieve feedback
Van constructieve feedback leren de leerlingen wat goed ging en wat de volgende keer beter kan. Zodat zij steeds zelfstandiger leren functioneren en jij beter in je coachende rol komt. Constructieve feedback is iets anders dan een beoordeling. Ongetwijfeld zit er in je feedback een element van beoordelen. Maar anders dan een beoordeling met een cijfer of een kwalificatie ‘goed’ of ‘fout’ geeft constructieve feedback ruimte aan positieve elementen en groei.
6 - Ga begeleiden in plaats van leiden
Als onderwijsdieren zijn we snel geneigd onze weg of oplossing als de enige juiste te zien. Dit kan ervoor zorgen dat je meer stuurt dan coacht. Als je minder leiding neemt bij het maken van planningen en/of het oplossen van problemen, zorg je ervoor dat je leerlingen ruimte krijgen om (samen) nieuwe uitdagingen aan te gaan.
Uiteraard kun je zo’n overgang van sturen naar coachen niet van de ene minuut op de andere maken. Jij en je leerlingen/medewerkers zullen er aan moeten wennen dat jij je rol anders invult. Neem daarvoor tijd. Door met elkaar in gesprek te blijven over jouw toekomstverwachtingen en de doelen waar jullie samen naar toe werken, geef je jouw coachende rol steeds beter vorm.
Dat geeft meer ruimte aan je leerlingen/medewerkers, waardoor zij zich met meer motivatie en groeiende zelfstandigheid kunnen ontwikkelen. En minstens zo belangrijk: jij krijgt meer rust en overzicht!
[ bron: http://www.centrumvoornascholing.nl/fileadmin/user_upload/Afbeeldingen/Publicaties/ congresbundel_def.pdf ]