Jongeren van toen en nu
Overeenkomsten
|
Verschillen
|
|
|
Twee macrotrends
- Jongerencultuur is dominanter geworden
- Jongeren worden sneller “volwassen”
Gevolg:
- Volwassenen worden onzeker
- Jongeren worden overschat
Vier ontwikkelingen
- Minder verbindingen tussen hersendelen - > geen helikopterview
- Frontaalkwab in ontwikkeling -> ratio op achterstand
- Amygdala de overhand -> heftige emoties
- Stijging van de hormoonspiegels -> kicks
Erken de behoeften van het puberbrein
- Waardering en erkenning
- Behoefte aan duidelijkheid en kaders (goede begeleiding)
- Snel resultaten willen zien
- Uitdaging en zelfstandigheid
- Vrijheid en flexibiliteit
1 – Creëer verbinding
- Je kunt iemand niet dwingen om te leren
- Motivatie is de basis voor al het leren
- Verbinding verhoogt motivatie
Motivatie van leerlingen: een positieve leeromgeving
activeert Oxytocyne (het “knuffelhormoon”).
Interesse, sociale acceptatie, persoonlijke waardering,
complimenteren en belonen.
2 – Positieve benadering
- Denk voortdurend na hoe je jongeren benadert, in communicatiemiddelen, maar (juist) ook in de 1-op-1 communicatie.
- En bedenk: Je kan niet niet communiceren wat je denkt!
3 - Bied structuur
- Jongeren vaak overschat.
- Bied jongeren structuur, duidelijkheid.
Als ze het niet op school mogen leren, waar dan wel?
4 - Help ze goed keuzes maken
- Veel jongeren geen idee. Volg je hart?
- Veel sectoren amper in beeld.
- Veel dromen, weinig beroepsbeeld.
Hoe ondersteun je jongeren in hun leerproces?
- Stimuleren en complementeren (trots meegeven).
- Ook waar andere jongeren bij zijn!
- Structuren en grenzen geven.
- Begrip tonen en verbinding maken.
- Coaching en begeleiding.
- Persoonlijk, persoonlijk, persoonlijk.
[ Bron: http://www.slideshare.net/DeOnderwijsdagen2009/huub-nelis-puberbrein-binnenstebuiten?qid=f28437b1-b2ca-4671-a23d-e0dcf78df9da&v=default&b=&from_search=1 ]
