We spreken van pesten als dezelfde persoon regelmatig en systematisch bedreigd en geïntimideerd wordt. Pesten is een vorm van geweld en daarmee grensoverschrijdend en zeer bedreigend.
Hoe wordt er gepest?
Pesten is een wezenlijk en groot probleem. Pestgedrag is schadelijk tot zeer schadelijk voor kinderen, zowel voor de slachtoffers als voor de pesters. De omvang en zwaarte van het probleem leiden tot de noodzaak van een aanpak door alle opvoeders van jongeren, in het bijzonder door de ouders en door de leerkrachten.
Wie heeft welke rol bij het pesten?
Bij pesten is veelal sprake van meerdere partijen. Hoe wordt er gepest?
- Met woorden (vernederen, belachelijk maken, schelden, dreigen, met bijnamen aanspreken, gemene briefjes, digitaal pesten),
- Lichamelijk (trekken aan kleding, duwen en sjorren, schoppen en slaan, krabben en aan haren trekken, wapens gebruiken),
- Achtervolgen: opjagen en achterna lopen, in de val laten lopen, klem zetten of rijden, opsluiten)
- Uitsluiting (doodzwijgen en negeren, uitsluiten van feestjes, bij groepsopdrachten)
- Stelen en vernielen (afpakken van kledingstukken, schooltas, schoolspullen, kliederen op boeken, banden lek prikken, fiets beschadigen)
- Afpersing (dwingen om geld of spullen af te geven, het afdwingen om iets voor de pestende leerling te doen)
Pesten is een wezenlijk en groot probleem. Pestgedrag is schadelijk tot zeer schadelijk voor kinderen, zowel voor de slachtoffers als voor de pesters. De omvang en zwaarte van het probleem leiden tot de noodzaak van een aanpak door alle opvoeders van jongeren, in het bijzonder door de ouders en door de leerkrachten.
Wie heeft welke rol bij het pesten?
- Wie wordt gepest? De gepeste.
- Wie begint altijd met jou te pesten? De pester.
- Wie doen altijd mee als iemand jou begint te pesten? De meeloper.
- Wie zijn er altijd bij als je gepest wordt? De middengroep.
- Welke klasgenoten helpen jou als je gepest wordt? De verdediger.
De gepeste
Een kind dat wordt gepest, praat er thuis en op school niet altijd over. Redenen hiervoor
kunnen zijn:
- schaamte
- angst dat de ouders met de school of met de pester gaan praten en dat het pesten dan nog erger wordt
- het probleem lijkt onoplosbaar
- het idee dat het niet mag klikken.
De pester
Pesten kan een aantal oorzaken hebben:
- Een vaak gevoelde anonimiteit (ik besta niet); als een pester zich verloren voelt binnen een grote groep, kan hij zich belangrijker maken door een ander omlaag te drukken.
- Het moeten spelen van een niet-passende rol.
- Een voortdurende strijd om de macht in de klas.
- Een niet-democratisch leefmilieu binnen de school; iemand is autoritair en laat op een onprettige wijze blijken dat hij de baas is. Dergelijke spanningen kunnen op een zondebok worden afgereageerd.
- Een gevoel van incompetentie op school (slechte cijfers of een laag niveau)
- Een zwak gevoel van autonomie (te weinig zelfstandigheid en verantwoordelijkheid) of juist een te sterk gevoel voor autonomie.
- Een negatief zelfbeeld, weinig eigenwaarde.
- Een problematische thuissituatie, negatief voorbeeldgedrag van ouders/verzorgers.
Meelopers
De groep meelopers bestaat uit diverse subgroepen:
- de leerlingen die met de pester meepesten, omdat ze bang voor hem/haar zijn,
- de leerlingen die mee pesten, omdat ze er beter van (denken te) worden,
De middengroep
De meeste leerlingen houden zich afzijdig als er wordt gepest. Ze voelen zich wel vaak schuldig over het feit dat ze niet in de bres springen voor het slachtoffer of hulp inschakelen. Het is belangrijk deze leerlingen tot helpers te maken.
De zwijgende middengroep bestaat uit diverse subgroepen:
De verdediger
- de leerlingen die niet mee pesten, maar ook niets doen om een einde te maken aan het gedrag van de pester,
- de enkeling die niet ziet dat er in de klas wordt gepest,
In de middengroep zit ook de enkeling met een hoge sociale status in de groep die (het af en toe) voor het slachtoffer opneemt.
De vijfsporenaanpak
Zoals gezegd zijn bij pesten vijf partijen te onderscheiden, om welke reden een vijfsporenaanpak van het probleem een logische lijkt te zijn. De aanpak bestaat uit de volgende activiteiten: mobiliseren van de zwijgende middengroep, hulp aan de pester, professionalisering van leerkrachten, professionalisering van ouders, en hulp aan het gepeste kind.
1. Mobiliseren van de zwijgende middengroep
2. Hulp aan de pester
3. Professionaliseren van leerkrachten
4. Professionaliseren van ouders
5. Hulp aan het gepeste kind
Cyberpesten
Meer informatie m.b.t. cyberpesten kun je vinden via:
http://www.slideshare.net/raoulteeuwen/cyberpesten