Nederlandse scholen krijgen in toenemende mate te maken met de onderstaande onderwijskundige uitdagingen:
Dalende motivatie
|
In toenemende mate
hebben scholen te maken met een afname van de motivatie van leerlingen om te
leren naarmate leerlingen ouder worden. Een van de oorzaken voor de dalende
motivatie is dat er onvoldoende aansluiting is tussen de onderwijsbehoeften
van leerlingen en het leeraanbod op school.
Vanuit onderzoek naar de
self-determination theory blijkt dat demotivatie afneemt wanneer er een
leeromgeving wordt gecreëerd die recht doet aan de drie psychologische
basisbehoeften:
1 - autonomie / keuzevrijheid.
2 - relatie / het uiten
van waardering voor de leerling.
3 - competentie / de structuur
waarbij er heldere doelen en verwachtingen worden gesteld aan leerlingen
waardoor zij beter in staat zijn een leeractiviteit uit te voeren.
|
Onvoldoende tijd voor begeleiding
|
Te weinig tijd en
toerusting voor het mentoraat, begeleiding en coaching.
De mentor fungeert
binnen de school als eerste aanspreekpunt voor de leerling en houdt zicht op
de
ontwikkeling van de
leerling. Voor een optimale begeleiding van leerlingen dienen mentoren en (leer)coaches
meer begeleidingstijd toegewezen te krijgen binnen de jaartaak.
|
Onvoldoende maatwerk
|
We bieden onvoldoende
maatwerk in de les/klas. Meer maatwerk in onderwijs moet derhalve zorgen voor
meer kansen van onze leerling. Maatwerk zijn die activiteiten van docenten
die aansluiten op de leerbehoefte van individuele leerling gericht op het
positief beïnvloeden van het leren van de leerling.
Hoe kunnen we docenten
beter te laten inspelen op de onderwijsbehoefte van hun leerlingen.
Eerst met zijn allen het
begrip maatwerk definiëren. Iedereen kijkt op een andere manier naar dingen.
Door die gegevens over
leerlingen systematisch te ontsluiten en te analyseren, kunnen docenten beter
inspelen op de onderwijsbehoefte van hun leerlingen.
Het doel is dat alle
docenten hun lessen voorbereiden op basis van de onderwijsbehoefte van de
leerlingen.
Kijk voor meer
informatie op de volgende link: https://robsegers.blogspot.com/2014/01/maatwerkgericht-werken.html
|
Het lesboek is leidend
|
Binnen het hedendaagse
onderwijs is het lesboek of de lesmethode te leidend. Kiezen we voor een eigen
aanpak binnen ons onderwijssysteem. Hebben de docenten controle over het leerproces
of bepaalt het lesboek of lesmethode het proces?
|
Geen samenhang tussen vakken
|
In het voortgezet onderwijs
is er nauwelijks verbinding, samenhang en samenwerking tussen de verschillende
vakken. Samenwerken tussen vakken staat in de belangstelling, maar de
praktijk blijkt weerbarstig. Het vergt immers meer overleg en meer afstemming
tussen docenten. Zoek daarvoor de connectie tussen de verschillende vakken.
|
Focus op korte termijn resultaten
|
Leerlingen focussen zich
te veel op korte termijn resultaten. Met andere woorden focussen leerlingen zich
te veel op cijfers en toetsen.
Welke alternatieven zijn er:
1 - Focus derhalve meer
op het proces.
Maak punten en
resultaten minder belangrijk en richt je op het proces dat de leerling
doormaakt. Prijs doorzettingsvermogen, de aanpak van de leerling en zijn
inzet. ‘Jammer dat je niet tevreden bent met die 6 voor dat vak op je
rapport. Want kijk eens: je hebt een “goed” voor inzet! Ik ben hartstikke
trots op je!’ Vraag de leerling regelmatig wat hij/zij geleerd heeft en laat
hem/haar vertellen hoe hij/zij dat voor elkaar heeft gekregen.
2 - Focus op inspanning
Maak de leerling
duidelijk dat het er niet om gaat de beste, de snelste of de slimste te zijn,
maar dat het gaat om de inspanning die je levert om iets te bereiken. Richt
je complimenten op hard werken en
oefenen: ‘Als je net zo hard blijft oefenen als vandaag, dan zul je
zien dat je dit muziekstuk steeds beter gaat spelen!’ Zorg ervoor dat de
leerling op school lesstof krijgt die is afgestemd op zijn niveau, zodat hij
dagelijks kan ervaren dat het leveren van inspanningen noodzakelijk is om
verder te komen. Vertel waar jijzelf moeite voor hebt moeten doen en wat je
daarmee hebt bereikt.
3 - Focus op groei
Laat de leerling zien
dat je gelooft in de groeimogelijkheden van talenten en intelligentie en laat
de leerling zijn eigen groei ervaren: ‘Jammer dat je de toets niet hebt
gehaald, maar kijk eens: vorige keer had je er 8 goed en nu 15! Zie je hoe je
vooruit bent gegaan door extra hard te oefenen?’ Zorg dat de leerling zich
niet vergelijkt met anderen, maar zich richt op het verbeteren van zichzelf
en het behalen van zijn eigen doelen. En natuurlijk: ‘vier’ iedere
vooruitgang die het kind boekt door hard te werken.
4 - Focus op leren
Sta model voor ‘een
leven lang leren’ en vertel de leerling hoe je jezelf steeds bent blijven
ontwikkelen.
Geef de leerling
mogelijkheden om nieuwe dingen te leren, zonder dat hij/zij het gevoel heeft
direct de beste te moeten zijn. Geef de leerling inzicht in de vaardigheden
die hij/zij nog moet ontwikkelen (bijvoorbeeld zich concentreren of hulp
durven vragen) en help hem/haar bij het aanleren hiervan.
5 - Focus op het leren
van fouten
Maak van fouten
leermomenten. Laat de leerling zien dat ook jij geregeld fouten maakt en
vertel wat je ervan hebt geleerd. Geef de leerling de kans om fouten te
maken, dus ruim niet alle obstakels voor hem uit de weg. Help de leerling van
een fout een leermoment te maken. Zoek samen op welke fouten de held
(sporter, popster e.d.) van de leerling heeft gemaakt in zijn of haar
carrière en ontdek hoe hij of zij daar beter van geworden is.
|
Te weinig rust en regelmaat
|
Docenten en leerlingen
ervaren te weinig rust en regelmaat. Zorg bijvoorbeeld voor rust en regelmaat
in het lesrooster. Voorkom afleidingen. Doe de deur eens dicht, zet de
smartphone uit en zorg voor opgeruimde werkplekken. Dit brengt genoeg rust om
te kunnen focussen. Leerlingen willen niet alleen maar stilzitten en
luisteren, ze willen graag dingen doen. Dat wil niet zeggen dat alles druk
moet zijn, want activiteiten, rust en regelmaat kunnen best samengaan.
|
Onvoldoende vaardigheden om (leer)gedrag (bij) te
sturen
|
Leerlingen beschikken
over te weinig vaardigheden om hun (leer)gedrag (bij) te sturen.
Leg hierbij de nadruk op
diverse volgende vaardigheden. Zoals de hogere-orde denkvaardigheden (analyseren,
evalueren en creëren), de creatieve denkvaardigheden (ideeën kunnen genereren,
hoeveelheid verschillende ideeën en originaliteit van ideeën), onderzoeksvaardigheden
(vaardigheden om door stappen van onderzoekscyclus heen te gaan).
Leg ook eens de nadruk
op metacognitie en zelfregulatie. Metacognitie is de kennis en vaardigheden
die een leerling nodig heeft om zijn eigen leergedrag te controleren en aan
te sturen. Het gaat om vaardigheden als het oriënteren op een taak, doelen
stellen, plannen, jezelf monitoren, het resultaat evalueren, en reflecteren
op het eigen handelen.
Bij metacognitieve
vaardigheden en zelfregulatie is het van belang om de leerling te het belang
van leren te laten inzien. Leerlingen moeten weten hoe je effectief kunt
leren, hoe zij kunnen reflecteren op het eigen leren en hoe zij hun eigen
leerproces kunnen sturen.
Kijk voor meer
informatie op de volgende link:
|