Inleiding
Een leerling moet voor zijn /haar examen zelfstandig een
werkstuk maken: het profielwerkstuk (PWS), waarin op de middelbare school
verworven kennis, inzicht en vaardigheden zijn verwerkt. Belangrijk is dat de
leerling laat zien dat je goed om kunt gaan met verschillende vaardigheden; de
nadruk ligt op: informatievaardigheden (informatie verzamelen en verwerken);
onderzoeksvaardigheden en/of ontwerpvaardigheden; communicatieve of
presentatievaardigheden.
Het profielwerkstuk is meestal een onderzoeksopdracht van
natuurwetenschappelijke- of sociaalwetenschappelijke aard.
Hoe verloopt het
proces?
Bij het maken van een profielwerkstuk doorloopt men een drietal
fasen:
FASE
|
TOELICHTING
|
|
1.
|
De oriëntatie- en keuzefase
( ± 20 uur )
|
De hoofd- en deelvragen worden opgesteld en het
benodigde materiaal gezocht.
Fase 1 “De oriëntatie- en keuzefase” wordt afgesloten
door:
BEOORDELINGSMOMENT
I - NA DE ORIËNTATIEFASE
|
2.
|
De onderzoeksfase
( ± 40 uur )
|
Alle informatie wordt bewerkt en verwerkt (waaronder
eventueel het uitvoeren van natuurwetenschappelijke proeven). Tenslotte
worden conclusies geformuleerd.
Fase 2 “De onderzoeksfase” wordt afgesloten door:
BEOORDELINGSMOMENT
II - NA DE ONDERZOEKSFASE
|
3.
|
De presentatiefase
( ± 20 uur )
|
De presentatie maken / voorbereiden en uitvoeren.
Fase 3 “De presentatiefase” wordt afgesloten door:
BEOORDELINGSMOMENT
III - SCHRIFTELIJK PRESENTATIE
|
[ FASE 1 ] –
BEOORDELINGSMOMENT I - NA DE ORIËNTATIEFASE (HAVO / VWO)
Naam van de leerling(en): _____________________________________
NA DE ORIËNTATIEFASE
Omcirkel per aspect het getal in de kolom onder de categorie van uw
oordeel
|
Onvoldoende
|
voldoende
|
Goed
|
Afspraken / opmerkingen
|
1 Heeft het onderwerp/ontwerp en de daarbij behorende (voorlopige)
onderzoeksvraag een vakinhoudelijk niveau dat past bij het schooltype
havo/vwo)?
|
No go
|
2
|
3
|
|
2 Heeft de leerling de voorlopige onderzoeksvraag opgesplitst in
relevante deelvragen?
|
No go
|
2
|
3
|
|
3 Heeft de leerling bij de voorlopige onderzoeksvraag hypothesen
opgesteld en/of verwachte uitkomsten of resultaten geformuleerd?
|
1
|
2
|
3
|
|
4 Heeft de leerling een duidelijk en realistisch plan van aanpak
gemaakt?
|
No go
|
2
|
3
|
|
5 Geeft de opzet van het onderzoek/ontwerp antwoord op de
(voorlopige) onderzoeksvraag en deelvragen?
|
No go
|
2
|
3
|
|
6 Heeft de leerling een goed overzicht van geschikte
informatiebronnen?
|
1
|
2
|
3
|
|
7 In welke mate heeft de leerling zelfstandig gewerkt?
|
1
|
2
|
3
|
|
Subtotaal
beoordelingsmoment I
|
[ FASE 2 ]
BEOORDELINGSMOMENT II - NA DE ONDERZOEKSFASE (HAVO / VWO)
Naam van de leerling(en): _____________________________________
NA DE ONDERZOEKSFASE
Omcirkel per aspect het getal in de kolom onder de categorie van uw
oordeel
|
Onvoldoende
|
voldoende
|
Goed
|
Afspraken / opmerkingen
|
1. Wat is de informatieve kwaliteit van het logboek?
|
No go
|
2
|
3
|
|
2. Blijkt authenticiteit uit het logboek, het gesprek en de
verzamelde informatie?
|
No go
|
2
|
3
|
|
3. Spoort het logboek met het plan van aanpak: met andere woorden
ligt de leerling 'op schema'?
|
1
|
2
|
3
|
|
4. Heeft de leerling geschikte informatiebronnen aangeboord en/of
experimenten juist uitgevoerd en indien nodig de onderzoeksvraag bijgesteld?
|
1
|
2
|
3
|
|
5. Heeft de leerling uit de informatiebronnen de relevante informatie
gehaald c.q. zijn voldoende waarnemingen verricht en (meet)gegevens verzameld?
|
No go
|
2
|
3
|
|
6. Heeft de leerling de informatie/meetresultaten geordend,
geschematiseerd en gestructureerd?
|
1
|
2
|
3
|
|
7. Blijkt uit het logboek en de verzamelde en bewerkte informatie dat
de leerling de vakinhoudelijke problematiek en achtergrond begrepen heeft?
|
No go
|
2
|
3
|
|
8. Zijn de aanzetten tot conclusies uit de resultaten/bevindingen van
het onderzoek verantwoord getrokken?
- is de conclusie gebaseerd op de verzamelde informatie?
- is de conclusie doordacht?
- blijkt hieruit reflectie?
|
1
|
2
|
3
|
|
9. In welke mate heeft de leerling zelfstandig gewerkt?
|
1
|
2
|
3
|
|
Subtotaal
beoordelingsmoment II
|
[ FASE 3 ] – BEOORDELINGSMOMENT
III - SCHRIFTELIJK PRESENTATIE (HAVO / VWO)
Naam van de leerling(en):
_____________________________________
SCHRIFTELIJK PRESENTATIE
Omcirkel per aspect het getal in de kolom onder de categorie van uw
oordeel
|
Onvoldoende
|
voldoende
|
Goed
|
Afspraken / opmerkingen
|
1. Hoe beoordeelt u de inleiding? Denk aan:
- introductie van het onderwerp
- formulering van de vraagstelling(en)
- beschrijving van de onderzoeksopzet en –uitvoering
|
1
|
2
|
3
|
|
2. Hoe beoordeelt u de hoofdtekst (kern)? Denk aan:
- ingaan op de hoofdvraag
- feiten worden niet als meningen gepresenteerd of omgekeerd
- leerling beperkt zich niet tot weergave van bronnen/ citaten, maar
geeft uiteenzettend/ betogend/ beschouwend antwoord op de vraagstelling
- waarheidsgehalte
- correcte en begrijpelijke weergave van bronnen en feitelijkheden
- correcte bronvermeldingen / verwijzingen in tekst
|
1
|
2
|
3
|
|
3. Hoe beoordeelt u het slot? Denk aan: - correcte samenvatting van
de inhoud van het middenstuk - antwoord op de hoofdvraag/ deelvragen
verkregen - goed bij de vraagstelling aansluitende conclusie - een eigen
mening over het onderwerp
|
1
|
2
|
3
|
|
4. De techniek en de uiterlijke verzorging. Denk aan:
- logische opbouw van de tekst
- overzicht informatiebronnen/literatuurverwijzing
- omvang volgens afspraak
- zorg besteed aan afwerking/illustraties kantlijnen/lay-out
|
1
|
2
|
3
|
|
5. Het taalgebruik. Denk aan: - duidelijk/begrijpelijk (eigen
woordgebruik) - afgestemd op de doelgroep en tekstsoort - de spelling en
interpunctie zijn correct gebruikt - consistentie van het gebruikte
begrippenkader
|
1
|
2
|
3
|
|
Subtotaal
beoordelingsmoment III
|
||||
Evt. puntenaftrek wegens niet nakomen
afspraken, o.a. wekelijks mailen logboek en/of wegens het te laat inleveren
van fase drie: maximaal 7 punten
|
||||
Subtotaal beoordelingsmoment 3:
|
||||
Subtotaal beoordelingsmoment 2:
|
||||
Subtotaal beoordelingsmoment 1:
|
||||
Totaal
score
|
[ FASE 3 ] –
BEOORDELINGSMOMENT III - MONDELINGE PRESENTATIE (HAVO / VWO)
Naam van de
leerling(en): _____________________________________
MONDELINGE PRESENTATIE
Omcirkel per aspect het getal in de kolom onder de categorie van uw
oordeel
|
Onvoldoende
|
voldoende
|
Goed
|
Afspraken / opmerkingen
|
1. Hoe beoordeelt u de inleiding? Denk daarbij aan:
- introductie van het onderwerp
- achtergrondinformatie bij de vraag- of probleemstelling
- afbakening vraag- of probleemstelling
- onderzoeksopzet en –uitvoering
|
1
|
2
|
3
|
|
2. In welke mate geeft de leerling een uiteenzettend/betogend/
beschouwend antwoord op de vraagstelling(en)? Denk daarbij aan:
- waarheidsgehalte
- feiten worden niet als meningen gepresenteerd en omgekeerd
- de gepresenteerde informatie is logisch geordend
- voorbeelden zijn sprekend
- argumenten zijn overtuigend en geloofwaardig
|
1
|
2
|
3
|
|
3. Hoe beoordeelt u de samenvatting/conclusie/aanbeveling? Denk
daarbij aan:
- verantwoorde conclusie/aanbeveling
- de samenvatting/conclusie sluit aan bij de vraag- of
probleemstelling
- de samenvatting/conclusie doet recht aan de gepresenteerde
informatie
- de aanbeveling sluit aan bij de gepresenteerde informatie
|
1
|
2
|
3
|
|
4. Hoe beoordeelt u de techniek en de uiterlijke verzorging ? Denk
daarbij aan:
- op ondersteunende en verlevendigende wijze gebruik maken van
presentatiemiddelen (bord, hand-outs, overhead, e.d.)
- oogcontact met het publiek
- controleren of de luisteraars nog (kunnen) volgen waarover het gaat
- reageren op vragen
|
1
|
2
|
3
|
|
5. Hoe beoordeelt u het spreekgemak en de verstaanbaarheid is? Denk
daarbij aan:
- de uitingen volgen elkaar zonder langdurige pauzes op
- constructies zijn direct te begrijpen
- niet teveel haperingen en zelfcorrecties
- intonatie, tempo, volume en woordkeus verhogen de geboeidheid en
het luistergemak
|
1
|
2
|
3
|
|
Subtotaal
beoordelingsmoment III
|
||||
Evt. puntenaftrek wegens niet nakomen
afspraken, o.a. wekelijks mailen logboek en/of wegens het te laat inleveren
van fase drie: maximaal 7 punten
|
||||
Subtotaal beoordelingsmoment 3:
|
||||
Subtotaal beoordelingsmoment 2:
|
||||
Subtotaal beoordelingsmoment 1:
|
||||
Totaal
score
|
[ FASE 3 ] –
BEOORDELINGSMOMENT III - POSTERPRESENTATIE (HAVO / VWO)
Naam van de
leerling(en): _____________________________________
POSTERPRESENTATIE
Omcirkel per aspect het getal in de kolom onder de categorie van uw
oordeel
|
Onvoldoende
|
voldoende
|
Goed
|
Afspraken / opmerkingen
|
1. Hoe beoordeelt u de uiterlijke verzorging en de opbouw van de
poster ? Denk daarbij aan:
- omvang van de poster volgens afspraak
- de beeldelementen (tekst, afbeeldingen, grafieken, e.d.) zijn
logisch, helder en duidelijk geordend
- afwisselend en functioneel gebruik van beeldelementen
- zorg besteed aan afwerking, afbeeldingen, grafieken, e.d.
- ook zonder mondelinge toelichting wordt de essentiële informatie
overgebracht
- opstelling, plaats(ing) van de poster(s)
|
1
|
2
|
3
|
|
2. Hoe beoordeelt u de inleiding ? Denk daarbij aan:
- introductie van het onderwerp
- achtergrondinformatie bij de vraag- of probleemstelling
- afbakening vraag- of probleemstelling
- onderzoeksopzet en –uitvoering
|
1
|
2
|
3
|
|
3. In welke mate geeft de leerling een uiteenzettend/betogend/
beschouwend antwoord op de vraagstelling(en) ? Denk daarbij aan:
- waarheidsgehalte
- feiten worden niet als meningen gepresenteerd en omgekeerd
- de gepresenteerde informatie is logisch geordend
- voorbeelden zijn sprekend
- argumenten zijn overtuigend en geloofwaardig
|
1
|
2
|
3
|
|
4. Hoe beoordeelt u de vragenronde ? Denk daarbij aan:
- bewaakt of iedereen de gestelde vraag heeft gehoord
- geeft antwoord op de vraag
- nodigt uit tot vragen stellen
|
1
|
2
|
3
|
|
5. Hoe beoordeelt u het spreekgemak en de verstaanbaarheid ? Denk
daarbij aan:
- bij de overdracht is er oogcontact met het publiek
- controleren of de luisteraars nog (kunnen) volgen waarover het gaat
- de uitingen volgen elkaar zonder langdurige pauzes op
- constructies zijn direct te begrijpen
- niet teveel haperingen en zelfcorrecties
- intonatie, tempo, volume en woordkeus verhogen de geboeidheid en
het luistergemak
|
1
|
2
|
3
|
|
Subtotaal
beoordelingsmoment III
|
||||
Evt. puntenaftrek wegens niet nakomen
afspraken, o.a. wekelijks mailen logboek en/of wegens het te laat inleveren
van fase drie: maximaal 7 punten
|
||||
Subtotaal beoordelingsmoment 3:
|
||||
Subtotaal beoordelingsmoment 2:
|
||||
Subtotaal beoordelingsmoment 1:
|
||||
Totaal
score
|